Het midface (middengezicht) bestaat uit een complexe structuur met verschillend gevormde botdelen. Elk bot varieert in dikte en qua kwetsbaarheid van de structuur, is er een verhoogd risico op fracturen. Wanneer het bot breekt, vereist dit een andere behandeling afhankelijk van de situatie en de ideale platen voor de specifieke indicatie. Voor een esthetisch resultaat is het aantal geschikte toepassingen beperkt. Daarom zijn aangepaste instrumenten en een eenvoudige bediening van de platen essentieel.
Met de MODUS 2-systemen voor het midface biedt Medartis een breed scala aan oplossingen voor traumachirurgie. De chirurg kan daarom kiezen tussen flexibele en harde platen in verschillende plaatdiktes. Elk systeem bevat verdere indicatie-specifieke platen voor optimale resultaten.
MODUS 2 Midface
Platen
De nieuwe MODUS 2 Midface biedt een reeks plaatdiktes van 0,5/0,6/0,7mm en 1,0 mm om alle anatomische midface-gebieden te voorzien in termen van botdikte, bedekking van zacht weefsel en stabiliteit.
Corticale schroeven
MODUS 2 Midface corticale schroeven met verbeterd insteek-gedrag dankzij geoptimaliseerde schroefdraad aan de schroefkop en conische schacht.
Orbitale bodemplaatjes
- Exacte anatomische reconstructie van de orbitale structuur
- Lage profielhoogte van 0,35mm en 0,4mm
- Braamvrij snijden van het implantaat op vooraf gedefinieerde plaatsen
- 3D Mesh-ontwerp op basis van orbitale topologie
- Extra stabilisatiebalken
- 4 verschillende implantaat-geometrieën
Mesh
- Afgeronde hoeken in 50x50mm
- 3D-Mesh design
- Lage profielhoogte: 0,25/0,4 mm/0,6 mm
- Het design maakt verzinking van de schroefkop mogelijk
Nieuw instrumentarium
Er zijn drie orbitale mechanismen beschikbaar in de MODUS 2 Midface OPS om het orbitale zachte weefsel te beschermen en om de grootte van het defect te bepalen.
De nieuw ontwikkelde gaaskniptang kan elk type gaas knippen. Het snijproces rondt de snijkant af.
Midface model
Om de orbitale platen te buigen heeft Medartis een speciaal product ontwikkelt: M2-2874
Publicaties
- Hardt, N., Kuttenberger, J.,
Craniofacial Trauma
Springer-Verlag, Berlin Heidelberg, 2010, p. 97. - Heidemann, W.; Terheyden, H.; Gerlach, K. L.
Analysis of the osseous / metal interface of drill free screws and self-tapping screws
Journal of Cranio-Maxillofacial Surgery (2001) 29, 69–74 - Heidemann, W.; Terheyden, H.; Gerlach, K. L.
In-vivo-Untersuchungen zum SchraubenKnochen-Kontakt von Drill-Free-Schrauben und herkömmlichen selbstschneidenden Schrauben
Mund Kiefer GesichtsChir 5 2001: 17–21 - Horch, H. (Hrsg.)
Mund-Kiefer-Gesichtschirurgie
Urban & Fischer, 4. Ausgabe, München, 2007, p. 167 - Jaquiéry, C., Aeppli, C., Cornelius, P., Palmowsky, A., Kunz, C., Hammer, B.
Reconstruction of orbital wall defects: critical review of 72 patients
Int J Oral Maxillofac Surg. 2007, 36(3): pp. 193–9